De ware objecten voor respect en eerbied
Er zijn zes ‘objecten’ die ons respect verdienen:
- De Mededogende Meester van de mensheid, de Boeddha,
- Zijn Leer ofwel de Dhamma
- Zijn Nobele Discipelen ofwel de Sangha
- De Training om de bevrijding van het denken te bereikenofwel sikkhāya
- De rijzenswaardige eigenschap van indringende aandacht en ijver, ofwel appamāda)
- De hoogstaande eigenschap van vriendelijkheid en gastvrijheid, ofwel paṭisanthāre.
Deze handhouding (moedda of moedra) noemen we añjali en is een kenmerkende Aziatische uiting van respect. Deze wordt ook gebruikt als een vorm van begroeting. De ellebogen zijn dicht bij de zij, de hoogte van de handen bepaalt het object: voor de borst is een vorm van begroeting, duimen tegen de kin is voor mensen die we zeer hoog achten, bijvoorbeeld onze ouders, monniken enz., de duimen tussen de wenkbrauwen voor de bovenstaande objecten van eerbied en respect.